Slechte communicatie, vergaderingen waar geen eind aan komt, rommel, luidruchtige collega’s en geroddel. Dat zijn nog maar een paar van meest voorkomende ergernissen op de werkvloer.
Hoe meer collega’s je hebt, hoe groter de kans op ergernissen op de werkvloer. Dat spreekt bijna voor zich. Maar wist je dat irritaties ook branchegebonden zijn? Zo zouden werknemers in de zorg zich meer storen aan geroddel, terwijl overheidsmedewerkers problemen hebben met kuddegedrag. Hoe dan ook, als je je stoort aan gedrag van je collega’s, dan is het zaak daar iets aan te doen. Doe je dat niet, dan gaat dat ten koste van je werkplezier en kun je er zelf ernstig last van krijgen.
Wat kun je doen?
1. Bekijk je irritaties objectiefMaak onderscheid tussen gedrag dat je persoonlijk irriteert en gedrag dat je werk beïnvloedt. Natuurlijk kan die schaterlach van je collega op den duur op je zenuwen werken, maar je moet je afvragen of jij erdoor wordt benadeeld of dat het werk er vertraging door oploopt. Is het antwoord hierop in beide gevallen ‘nee’, probeer er dan mee te leven.
2. Maak het bespreekbaarBeïnvloedt het gedrag van je collega’s je werk, maak je gevoelens dan bespreekbaar. Bereid je goed voor en maak concreet wat je vervelend vindt en wat je anders zou willen zien. Veroordeel je collega niet maar leg uit wat je opvalt en wat dat voor jou betekent. Zeg dus niet: “Jij bent altijd te laat.” Maar zeg: “Als jij later bent, kunnen wij ook niet beginnen.” Houd er rekening mee dat de ander niet meteen reageert zoals je hoopt en mogelijk zelfs emotioneel wordt. Voor hem of haar komt jouw opmerking misschien totaal onverwacht, terwijl jij er al langer over nagedacht hebt. Bespreekbaar maken is stap 1, de oplossing voor het probleem komt hopelijk daarna.
3. Reflecteer op je eigen rolBekijk wat jouw rol is in het gedrag van je collega. Misschien stel je wel te hoge eisen aan anderen. Dat jij elke dag overwerkt, wil niet zeggen dat anderen dat ook moeten doen.
